Groen, geel, rood, oranje, paars en wit

Groen, geel, rood, oranje, paars en wit

– Karine Hoenderdos, diëtiste –

Vezels, dat is het toverwoord voor gezonde darmen die graag gezond willen blijven. Stop er genoeg vezels in en darmen fleuren helemaal op. Het is als benzine voor de motor, als moedermelk voor de baby, als letters voor de boekenwurm, als de smartphone voor de puber.

Vezels doen alles goed.

Ze zorgen dat de darmen lekker actief worden, ze stimuleren de groei en het functioneren van de gezonde darmbacteriën, ze geven je verzadiging, ze stimuleren de stoelgang. En ze leveren nauwelijks calorieën.

Dat snapt de Gezondheidsraad en zij  adviseren dan ook aan Nederlanders om dagelijks minstens 30 tot 40 gram vezels in hun voeding stoppen. Maar helaas, het schijnt dat maar 10% van de Nederlanders deze hoeveelheid haalt. Gemiddeld krijgen we maar 18 tot 23 gram vezels binnen, zodat we bijna allemaal aan een vezeltekort lijden. Meer vezels dus!

Maar hoe? Wie in een voedingsmiddelentabel kijkt, is geneigd om vooral voor volkorenbrood, roggebrood, zilvervliesrijst en andere volkoren granen te kiezen. Per 100 gram bevatten die meer vezels dan welke andere producten ook. En ja, het is natuurlijk prima om volkoren boterhammen te eten en om zilvervliesrijst te koken. Per volkoren boterham krijg je 2,3 gram vezels binnen, en per opscheplepel zilvervliesrijst 1,3 gram. Maar… met al die granen krijg je wel flink wat koolhydraten en calorieën binnen.

Daarom wil ik hier vooral pleiten voor de groene, de gele, de rode, de oranje, de paarse en de witte vezels. De vezels uit groenten dus. Die leveren gemiddeld zo’n 2 tot 3 gram vezel per 100 gram. Dat lijkt weinig, maar groenten leggen wel snel veel gewicht in de schaal. Een flinke tomaat weegt zo 100 gram, een handvol radijsjes ook en van een portie gekookte spinazie kun je zo een half bord op. In Nederland geldt de aanbevolen hoeveelheid groenten van 200 gram, maar eerlijk gezegd vind ik dat een lachertje. Streef liever naar 300 gram. Of meer!

Want groenten zijn net als vezels: ze doen alles goed. Niet alleen leveren ze vezels, ze zijn ook een rijke bron van vitamines, mineralen en antioxidanten. En dat terwijl ze nauwelijks calorieën leveren! Er is geen andere groep voedingsmiddelen die zoveel voedingswaarde levert tegen zo weinig calorieën. En dan heb ik nog niet eens over de variatie, de smaak en de culinaire mogelijkheden van groenten.

Eet dus meer groenten en krijg meer vezels binnen. Elke dag. Bij de lunch, tussendoor en minstens een half bord vol bij de warme maaltijd. Verwen je darmen!