poeptransplantatie

Bepaalde bacteriën en metabolieten lijken verantwoordelijk voor remissie bij colitis ulcerosa na poeptransplantatie

Fecale microbiota transplantatie (FMT) is het implanteren van bacteriën uit de ontlasting van gezonde donoren in patiënten, ook wel poeptransplantatie genoemd, met als doel het evenwicht van bacteriën te herstellen in de darm. FMT is bewezen effectief in het behandelen van bepaalde darmziekten zoals een Clostridium Difficile infectie. Steeds meer studies laten zien dat FMT mogelijk ook effectief is in het behandelen van patiënten met colitis ulcerosa, een chronisch terugkerende ontsteking ziekte van de dikke darm. De huidige behandeling van colitis ulcerosa is gericht op het onderdrukken van de ziekte, wat inhoudt dat de ontsteking tijdelijk niet meer actief is (remissie). 

Een recente gerandomiseerde placebo-gecontroleerde studie, genaamd de FOCUS studie (fecal microbiota transplantation for chronic active ulcerative colitis), liet zien dat patiënten met colitis ulcerosa na FMT behandeling vaker remissie hadden in vergelijking met patiënten die geen FMT (placebo) kregen (27% vs. 7.5%). Echter blijft tot nu toe onbekend welke onderliggende mechanismes, bacteriën en stofwisselingsproducten verantwoordelijk zijn voor dit succes na FMT. Daarom, als onderdeel van deze FOCUS studie, wilden de auteurs de groepen bacteriën en stofwisselingsproducten bepalen in patiënten met colitis ulcerosa na behandeling met FMT, om zo te achterhalen welke mechanismen verantwoordelijk zijn voor remissie van de ziekte.

Er werden 81 patiënten met actieve ontsteking van colitis ulcerosa geïncludeerd in de studie. De FMT therapie bestond uit klysma’s met een mix van bacteriën uit ontlasting van verschillende gezonde donoren. Het ene deel van de patiënten kregen 8 weken lang 5 dagen per week klysma’s met gezonde donor feces (FMT), het andere deel van de patiënten kregen 8 weken lang klysma’s met placebo (zonder donor feces). Voor en na de therapie werden biopten afgenomen tijdens colonoscopie. Op meerdere tijdstippen werd ontlasting verzameld. Bacteriën uit de ontlasting en darmen van zowel de patiënten als de donoren werden geanalyseerd. Na therapie werd vastgesteld of patiënten in remissie waren.

Uit de analyses van bacteriën voor en na transplantatie bleek dat de diversiteit van bacteriën in de darm was verhoogd bij patiënten die FMT hadden gekregen. De diversiteit is een goede graadmeter van de darmgezondheid. Patiënten met remissie van de ziekte hadden hogere concentraties van bepaalde bacterie groepen (de Eubacterium hallii en Roseburia inulivorans) in vergelijking met patiënten zonder remissie. Daarnaast waren bepaalde goede stofwisselingsproducten, zoals korteketenvetzuren en galzouten meer aanwezig in patiënten met remissie in vergelijking met patiënten zonder remissie. Omgedraaid hadden de patiënten zonder remissie juist hogere concentraties van de bacteriegroepen Fusobacterium gonidiaformansSutterella wadsworthensis en Escherichia, en verhoogde concentraties van heemverbindingen en lipopolysachariden. Ook vonden de onderzoekers dat bepaalde bacteriegroepen in de ontlasting van de gezonde donoren geassocieerd waren met remissie van colitis ulcerosa.

De auteurs concluderen dat specifieke bacteriën en stofwisselingsproducten verantwoordelijk kunnen zijn voor remissie in patiënten met colitis ulcerosa die worden behandeld met FMT. Deze bevindingen kunnen worden gebruikt voor verdere vervolgstudies, om de juiste samenstelling van bacteriën voor FMT voor de behandeling van colitis ulcerosa te bewerkstelligen.

Bron: Paramsothy S, Nielsen S, Kamm MA, et al. Specific Bacteria and Metabolites Associated With Response to Fecal Microbiota Transplantation in Patients with Ulcerative Colitis. Gastroenterology (2019);156(5):1440-1454.e2. Doi: 10.1053/j.gastro.2018.12.001.